All Categories
Featured
Ook hebben deze lampen een zeer korte opstarttijd: je haalt de schakelaar over en de lamp brandt onmiddellijk op vol vermogen, ook buiten in de vorst. Ledlampen zijn ook tot 50% efficiënter dan spaarlampen. Eerdere modellen hadden nog kinderziektes, waardoor de beloofde levensduur soms niet gehaald werd. Dit is inmiddels opgelost.
Ledlampen zetten stroom zó efficiënt om in licht, dat ze niet heet worden. Je kunt nooit je handen branden aan zo'n lamp en ze kunnen ook geen brand veroorzaken. Donkere plekken op muur of plafond, zoals je met een gloeilamp nog wel eens kon ervaren, zijn verleden tijd. Ten slotte is een ledlamp zeer milieuvriendelijk.
Door de zeer lange levensduur van ledlampen komen de gebruikte materialen ook niet ieder jaar terug in de afvalberg. Door van een tl buis over te stappen op led tl buizen bespaar je tot 70% op het stroomverbruik van je lampen! Maar hoe weet je welke ledbuis je moet kiezen? Bij een led tl buis geldt dat je op een aantal criteria moet letten: kleurcode, lengte van de buis, lampvoet en buisdikte.
Een spaarlamp is in principe een tl-buis die zo gevormd is dat deze in een standaard ('gloeilamp-') fitting past, en gaat tien jaar mee. Hiermee wordt een energiebesparing van ongeveer 80% behaald. Als compacte versie van de tl-lamp zijn spaarlampen ideaal voor plaatsen waar je lange tijd veel licht nodig hebt: de woonkamer, de eetkamer en de keuken.
Ze zijn daarom niet ideaal als je in de voorraadkast even snel wat moet pakken, omdat het even duurt voordat ze op volle sterkte branden. Ook verliezen spaarlampen snel hun lichtopbrengst: na ongeveer twee jaar branden ze al niet meer volledig. Daarnaast wordt er kwik gebruikt in het productieproces van de spaarlamp, waardoor kapotte lampen bij het klein chemisch afval horen.
Door de productontwikkeling van de afgelopen jaren is dit vooroordeel al lang achterhaald. Bij de nieuwe spaarlampen is het licht warmer geworden. Ook waren de eerste spaarlampen die op de markt kwamen groot, log, zwaar en niet zo mooi, wat tegenwoordig ook niet meer op gaat. Om de hierboven genoemde soorten lampen van elektriciteit te voorzien, bestaan er verschillende fittingen.
Spaarlampen en ledlampen kunnen in dezelfde fitting gedraaid worden. De zogenaamde kaarsfitting, voor kleinere lampen. Hiervoor bestaan ook spaarlamp en ledlampvarianten. Er bestaan twee soorten spotjes. De eerste maakt gebruik van een 'bajonet', en moet vastgedraaid worden. Dit staat bekend als een GU10 fitting. Hiernaast zijn er ook spotjes met rechte contactpunten, die simpel in de fitting gestoken worden.
Meer watt betekent dus niet automatisch meer licht! Iedereen kent het wel: je moet een lamp vervangen en staat in de winkel met je oude lamp. Fitting, watt, je bent op alles voorbereid, maar toch duizelt het je. Niet gek, want zoals gezegd zegt het aantal watt niet alles. Hoe staat nu een gloeilamp in verhouding met de nieuwste ledlamp? Op het ene doosje staat 100W en op de andere 12W! Wat zegt dit nu allemaal? Belangrijk is om in de gaten te houden wat de lichtopbrengst is van een lamp.
Let op de levensduur, het energielabel en het wattage. - Je zou kunnen stellen: als je langer dan drie minuten een ruimte verlaat, doe dan het licht uit. Let op: spaar- en tl-lampen van de oude generatie gaan minder lang mee als je ze vaak aan- en uitschakelt. Gebruik deze alleen in kamers waar je lang verblijft.
Dit sluipverbruik omzeil je best door een schakelaar tussen stopcontact en dimmer of transformator te plaatsen. - In de hal, de kelder, de tuin... kortom plaatsen waar je niet zo lang bent, kun je een timer of bewegingsmelder plaatsen. - Vermijd het gebruik van halogeenlampen van meer dan 100 Watt.
Kies dan liever spaarlampen. - Raak halogeenlampen nooit met de vingers aan. Door het inbranden van vet in het glas gaan de lampen minder lang mee.
Heb je er wel eens over nagedacht om licht-emitterende dioden (leds) in je kweekruimte te gebruiken? Dan ben je zeker niet de enige! Leds zijn inmiddels een stuk verbeterd sinds ze als knipperlichten in displaypanels van elektronische apparatuur op de markt kwamen. Tegenwoordig worden ze overal gebruikt en zijn ze steeds goedkoper om te produceren.
Door CANNA Research Sommige kwekers weten al dat het er niet om gaat óf leds de meest voorkomende aanvullende lichtbron worden voor planten, maar wanneer. Als kweker moet je jezelf vooral de vraag stellen of ze effectief zijn, en in welke mate je leds kunt gebruiken in plaats van traditionele kweeklampen.
Dit artikel geeft je inzicht in de praktische aspecten van leds en beschrijft de voor- en nadelen. Eerst leggen we de principes van ledverlichting uit zodat duidelijk is hoe je leds kunt gebruiken. Leds zijn semi-geleiders die licht produceren door een proces dat elektro-luminescentie wordt genoemd. Leds worden gemaakt van twee soorten materiaal, het N-type en P-type.
Wanneer de N-type-laag op het negatieve (-) einde van een elektrisch circuit wordt aangesloten en het P-type aan het positieve (+) einde van het circuit, kunnen de vrije elektronen in een elektrische stroom bewegen. Deze vrije elektronen worden aangetrokken tot de positieve openingen in het P-type-materiaal. Deze opening heeft minder energie dan de elektronen.
In het geval van leds wordt deze energie in de vorm van een foton uitgestoten en dat levert licht. De intensiteit van het uit een led uitgestoten licht hangt af van de hoeveelheid energie die wordt afgegeven door de elektronen die in de positieve opening springen (). De kleur die door de licht-fotonen wordt uitgestoten, hangt af van het halfgeleidende materiaal in de led.
Voorbeelden hiervan zijn de rood- en ver-rood-absorberende vormen van fytochroom of de rode en blauwe pieken van de fotosynthetische actiespectra van het blad. Dit betekent in feite dat je met ledverlichting dus energie kunt besparen wanneer alleen de kleuren geproduceerd worden die belangrijk zijn voor de groei en ontwikkeling van je planten.
maar wat heeft dit met je geliefde planten te maken? En hoe kies je de juiste ledkweeklamp? Deze vereenvoudigde illustratie van een led laat zien hoe extra energie in de vorm van fotonen wordt vrijgegeven wanneer elektronen het P-N-kruispunt oversteken, en openingen in de P-type-laag opvullen. Planten gebruiken licht voor fotosynthese en ontwikkeling.
Dat is de hoeveelheid licht tussen 400 en 700 nm dat voor fotosynthese wordt gebruikt. Voor de normale teelt is minimaal 50 tot 200 µmol/m2/s nodig, maar dit hangt natuurlijk af van het type planten en de hoeveelheid licht die ze nodig hebben. Als vuistregel geldt: hoe meer licht je biedt, hoe beter de planten groeien.
Wanneer je ledlichtbronnen gaat kiezen, is het belangrijk om in gedachten te houden dat planten voor het menselijk oog verschillende lichtabsorptie-pieken hebben. Fotosynthetisch licht heeft absorptiepieken in het blauwe en rode lichtspectrum, terwijl de mens hun lichtpiek in het gele/groene spectrum heeft (zie ). Dit betekent dat fotosynthetisch licht niet hetzelfde is als lux of lumen, wat de ‘menselijke maat van helderheid’ is.
Helaas zijn deze lichtspecificaties niet altijd voor alle ledkweeklampen beschikbaar. Lichtspectra en kleurverdeling en de meest voorkomende absorptiepieken voor planten en mensen. PAR en lux zijn twee verschillende dingen (zie ). Er zijn standaard conversiefactoren beschreven voor verschillende lichtbronnen en bijbehorende lichtspectra, er geldt een andere conversiefactor geldt voor verschillende lichtbronnen (Tabel 1).
Ze kunnen uit tot tien verschillende soorten leds bestaan. Elke individuele led moet ten minste één watt aan energie gebruiken om effectief te zijn voor plantenverlichting; onder dit niveau heeft het verkregen licht onvoldoende doordringend vermogen om de hele plant goed te verlichten. Maar er komt meer bij kijken. Wanneer je een ledlicht gaat uitzoeken, moet je kijken naar hoge-intensiteit of hoge-helderheid 1W-leds, die 10 mm groot zijn en van de huidige generatie zijn.
Voor ledlampen geldt dit niet. Bij een hoger ingangsvermogen zal elke individuele led zeker helderder zijn, maar minder efficiënt (ze zullen namelijk minder lumen per watt uitstoten). Er is weinig effectief verschil in doordringend vermogen voor tuinbouwdoeleinden tussen een 1W-led en een 3W-led. Hierin zit dus het fundamentele verschil tussen traditionele kweeklampsystemen en op led gebaseerde systemen.
Er is nog een factor: vaak is een 3W-led bijvoorbeeld beperkt tot tussen 2,2W en 2,8W. Het is belangrijk om de optimale lichtefficiëntie, warmteverlies en levensduur van elke diode te onderzoeken. Wees je ervan bewust dat ledlampen ook vermogen nodig hebben voor de leddrivers, ventilatoren voor koeling en voor afvoeren van warmte.
Latest Posts
Feest Schoenen Dames Lage Hak
Feest Zoetermeer
Schakelaar Buitenverlichting Aansluiten